1. Keuze type apparaat (verwarming,verlichting, AAN/UIT). Deze knoppen worden alleen getoond als één type apparaat in de ruimte is geïnstalleerd (gekleurd indien actief ).
2. Ruimte wijzigen.
3. Huidige modus, druk op dit icoon om naar het menu te gaan waar u de huidige bedieningsmodus kunt wijzigen.
4. Ruimtetemperatuur of ingestelde temperatuur na een druk op 10.
5. Verwarmingsindicator (bewegend wanneer wordt verwarmd).
6. Informatie over de in de ruimte geïnstalleerde verwarmingsapparaten.
7. Stel het huidige setpoint in (gedeactiveerd als het scherm is vergrendeld).
8. Naam huidige ruimte.
9. Snelle toegang tot de gewenste ruimte.
10. Om de ruimtetemperatuur of ingestelde temperatuur te tonen bij 4.
11. Status buitenvoeler.
12. Vloertemperatuur bij vloerregeling.
13. Alleen getoond bij vergrendeld scherm.